Wanneer baby zwemmen?
Baby’s vanaf zes weken kunnen al kennismaken met het zwembad, andere kinderen en lekker spelen in het water. Tip: houdt rekening met de vaccinaties van je kindje. Staat er een vaccinatie op de planning? Wacht dan met babyzwemmen tot je kleintje de vaccinatie heeft gehad.
Lees ook:
VaccinatieschemaSluitreflex
Baby’s tot 3 maanden hebben nog een sluitreflex waarbij de luchtpijp automatisch wordt afgesloten als er water in dreigt te komen. Door oefeningen onder water proberen we deze sluitreflex zo lang mogelijk te behouden. Tijdens de les gaat men op diverse manieren onder water.
Hoe ziet een les eruit?
Tijdens de lessen bewegen we veel in het water, dit doen we op het ritme van liedjes. Dit stimuleert ook de loopreflex van de kinderen, waardoor de motoriek van de baby geprikkeld wordt en de baby zich met een aantal maanden al wel lopend in het water kan bewegen, maar nog niet op de kant. Bewegen in het water is goed voor de algehele ontwikkeling van het kind.
Tip: Gebruik een goede zwemluier, die niet opzwelt als een luier, voor je eerste avonturen in het water.
Lees ook:
Je baby in bad doenSpelenderwijs wennen
Het zien van andere baby’s of kinderen is voor sommige kinderen spannend. Door in kringvorm te bewegen kunnen ze kennismaken met anderen zonder dichtbij te hoeven komen. Ook het zien en luisteren naar een juf of meester is nieuw. Door op een speelse manier kennis te laten maken met juf of meester proberen we de angst voor het een onbekende weg te nemen.
In het water kun je spetters in je gezicht krijgen, en dat is natuurlijk nieuw voor de kinderen. We zingen liedjes en maken gebruik van kleine gieters. Zo laten we de kinderen langzaam wennen aan water in het gezicht.
Lees ook:
De tummy tub om je baby te badderenVerschillende houdingen
We drijven met de baby’s op de buik en op de rug. Door verschillende handhoudingen van de begeleider kunnen we de kinderen op diverse manieren door het water bewegen. Tijdens het drijven gaan sommige kinderen trappelen met de benen, dit stimuleren we door spelletjes te doen waarbij ze naar iets toezwemmen om het te pakken.
Door bijvoorbeeld het springen van mat, onder een flexibeam (flexibele kuststof slang) doorzwemmen en het gooien van ballen, laten we de kinderen spelenderwijs wennen aan materialen. Deze materialen gebruikt men vaak in de les en worden later ook tijdens de “gewone zwemles” ingezet.
Ook oefenen wij het vallen en/of springen van diverse hoogten. Met behulp van de ouders die in het water staan, springen of vallen de peuters in het water en zwemmen daarna weg op buik of rug. Met dit soort oefeningen leren we de kinderen zichzelf te leren redden als ze in het water vallen.
Peuters
Bij de peuters van 2,5 tot 4 jaar herhalen we de oefeningen en voegen we oefeningen toe die het “vrij” zijn in het water bevorderen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het kijken in het water, bellenblazen, onder water dingen oppakken, lopen over matten en het (zelfstandig) drijven op buik en rug. Bij de peuters gaan we zelfstandig bewegen en oefeningen doen stimuleren. Ook hier worden liedjes bij gezongen en diverse springvormen gedaan.
Lees ook:
De eerste keren van je baby